In de milieustraat moet je zijn. Vooral op zaterdagmorgen. Als de klussers het op hun heupen krijgen. Auto’s rijden af en aan. De aanhangwagen volgeladen. Een opgeruimde goegemeente dumpt hun gesorteerde vuil bij wat soms verhullend aanbiedstation heet. Of brengdepot.
Mensen in alle soorten en maten ontdoen zich van zoveel verschillende spullen. Surfplanken, skistokken, matrassen, tuinaarde. Sporen van allerhande hobby’s zijn nauwelijks aan te slepen. Durft iemand te beweren: ‘Laat mij uw achterbak zien en ik zal zeggen wie u bent’?
In de rij om te mogen storten opent een man het raampje en vraagt de gemeentemedewerker naast de slagboom:
“Help jij even mee uitladen? Daar betaal ik toch belasting voor.”
Een vijftiger met twee emmers vol lege wijnflessen bij de glasbak herkent de man, verderop bij de puincontainer.
“He, buurman!”
Een plek voor bijzonder afval en bijzondere ontmoetingen. Het is maar goed dat ze er geen koffie schenken. Of een terras openen. Dan werd de milieustraat de gezelligste straat van het land. Aanloop genoeg.
1 opmerking:
Leuk hoor Blootschroot, maar wat wij allen willen weten: wat heb je zelf daarheen gebracht? De NRC die je met de auto bent wezen halen? Ik bedoel, was het de moeite van de (milieuvervuilende) rit waard?
Een reactie posten